Je gaat papieren drukwerk bestellen voor je bedrijf en aangekomen op de site zie je allerlei verschillende papierformaten en termen staan. Hoe moet je nu weten welk formaat je nodig hebt? Met zoveel verschillende termen A, B en zelfs C en E kun je gemakkelijk in de war raken.
Waar komen de vaste papiermaten vandaan?
De eerste officiële vastlegging van de papierformaten die we nu kennen, komen van het Deutsches Institut für Normung, ofwel de Duitse nationale normeringsinstantie. Hier is in 1920 de bekende norm vastgelegd die we nu kennen en gebruiken, namelijk: DIN 474. Uit deze norm zijn de bekende A-serie, B-serie, C-serie en E-serie vastgelegd (Er is ook een D-serie, maar deze wordt niet gebruikt). De verschillende series hebben alle hun eigen formule zodat de verschillende groottes altijd in elkaar passen. Vandaar dat er altijd een cijfer in de naam zit. De DIN 474 norm is later internationaal vastgesteld als standaard in de ISO 216.
Handige afmetingen papierformaten
Waarom is een standaard afmeting belangrijk? Naast dat het hierdoor overal gelijk is, maakt deze standaard het snijden en vouwen gemakkelijker. Alle papierformaten zijn namelijk zo gemaakt dat ze perfect in elkaar passen. Vouw je een A4 een keer dubbel dan krijg je een A5, vouw je deze weer dubbel dan heb je een A6 enz. Dit vergemakkelijkt de inkoop en productie.
De A-Serie: De populairste
De meest bekende papierformaten komen uit de A-serie. Daarbij hoort natuurlijk het meest gebruikte papierformaat: het A4’tje. Maar ook de andere formaten beginnend bij A0 voor grote posters tot A6 voor ansichtkaarten zijn welbekend bij de meesten. Door deze bekendheid wordt het ook het meest gebruikt.
De B-serie: de ruimere versie
De B-serie is vergelijkbaar aan de A-serie maar dan net wat ruimer. Hij loopt precies zoals de A formaten van B0 tot B10. In de praktijk worden vaak alleen de grotere B-formaten gebruikt. Dit omdat de A-serie deze groottes niet heeft. De B papierformaten worden daarom ook met name gebruikt voor het produceren van posters.
C en E-series: Je envelopformaten
Er zijn verschillende maten enveloppen en die worden in de C en E-series genoemd. Deze series worden uitsluitend gebruikt voor het produceren van enveloppen. De berekening van het formaat envelop maakt dat deze altijd ongeveer een achtste groter zullen zijn dan het A-formaat. De vastgestelde envelopformaten zijn erg praktisch. Zo kun je een A4 opvouwen om in een kleinere maat envelop te passen.
De vierkante Carré-formaten
Naast de standaard DIN zijn er ook nog vierkante papierformaten. Hiervoor gebruik je de Carré –formaten. Deze komen in de maten S, M en L. De afmetingen hiervan zijn afgeleid van de A-serie grootte. De vierkante vormen worden met name gebruikt voor ansichtkaarten
Wat is er verder?
Naast de bovenstaande papierformaten heb je nog: het visitekaartje en de bankpas. Deze hebben een afgesproken grootte, namelijk 85 x 55 mm. Ook heb je het DIN Large formaat ook wel 1/3 A4 genoemd. Dit is 98 x 210 mm. Dit langwerpige formaat wordt met name gebruikt als flyer, folder of brochure.
Hopelijk weet jij nu precies welke papierformaten er zijn en welke jij moet hebben bij het bestellen van drukwerk.
